Onjuiste inversie

Inversie betekenis

Onjuiste inversie. Meestal staat het onderwerp vóór de persoonsvorm. Wanneer het onderwerp achter de persoonsvorm staat, heet dat inversie. In zin 1b is de inversie onderstreept. 1a) De meeste Nederlanders (ow) vinden (pv) de straffen voor delicten veel te laag. 1b) De straffen voor delicten vinden (pv) de meeste Nederlanders (ow) veel te laag.

Onjuiste samentrekking Je kunt onjuiste inversie op twee manieren verbeteren: door de persoonsvorm en het onderwerp om te draaien. - door een zinsdeel voor de persoonsvorm te zetten. Voorbeelden van een onjuiste inversie: Zaterdag gaan we vaak uit, maar kon ik vandaag niet mee vanwege een verjaardag.


Geen symmetrie Een foutieve inversie is een fout in de woordvolgorde van de zin. De volgorde is meestal onderwerp + persoonsvorm + de rest van de zin. Bij een foutieve inversie verwissel je het onderwerp en de persoonsvorm van plaats, terwijl dit niet zou moeten. Verzoek tot verwijderen van bron | Bekijk volledig antwoord op
Foutieve inversie voorbeeld Je kunt zin 2a op twee manieren verbeteren: zonder inversie: 2b [Gistermiddag zijn we naar PSV geweest] en [we (ow) vertrokken (pv) pas om 11 uur 's avonds weer uit Eindhoven]. - met inversie; dan moet op de plaats van het streepje een passend zinsdeel staan: 2c [Gistermiddag zijn we naar PSV geweest] en [pas om 11 uur 's avonds vertrokken.

Inversie hoofdzin

In de meeste zinnen in het Nederlands staat het onderwerp voor de persoonsvorm. Bijvoorbeeld: Ik ga naar de bakker vanmiddag. Bij inversie verwisselen de persoonsvorm en het onderwerp. Vaak komt.
Onjuiste inversie oefenen Hoe herken je onjuiste inversie? Een foutieve inversie is een fout in de woordvolgorde van de zin. De volgorde is meestal onderwerp + persoonsvorm + de rest van de zin. Bij een foutieve inversie verwissel je het onderwerp en de persoonsvorm van plaats, terwijl dit niet zou moeten.

Inversie oefeningen

Een foutieve inversie is een fout in de woordvolgorde van de zin. De volgorde is meestal onderwerp + persoonsvorm + de rest van de zin. Bij een foutieve inversie verwissel je het onderwerp en de persoonsvorm van plaats, terwijl dit niet zou moeten.

onjuiste inversie


Correcte inversie Voor de pv 'hebben' staat het zinsdeel 'dus'. In zin 1a is er sprake van inversie. De pv staat voor het onderwerp. In zin 1b is er geen sprake van inversie. Zin 1c. is onjuist: er is sprake van inversie maar deze is niet goed toegepast. Voor de pv 'hebben' staat geen zinsdeel.